Spiritueel gezien kun je kippeneters eenvoudig herkennen aan hun opvliegend gedrag. Hoe meer kip men eet, des te opvliegender men wordt. Als je plofkip eet, wordt de opvliegendheid nog erger. De kans is er dat je zelf ontploft in een woede-uitval. Je pikt het niet meer, net als de kip zijn vegetarisch voer niet meer kan pikken. Totdat je weer kip eet, dan verdwijnt het gevoel van boosheid en opvliegendheid tijdelijk. Je kipverslaving is dan even verzadigd en het lichaam is er druk doende mee om de gifstoffen die in kip zitten te verwerken. Je voelt je loom en moe, het lichaam heeft even geen energie genoeg om je druk te maken ergens om. Je kan urenlang op stok zitten en kakelen met andere kippen, of stilletjes een ei uitbroeden, gamen of bingwatchen. Dat is wat de kippeneter doet.
Verder bouw je negatief karma op als je kip eet. Je bent namelijk medeverantwoordelijk voor de bio-industrie, een zeer ondermaatse vorm van industriële landbouw, die niets met boerderijen te maken heeft. Het is een industrie waarin dieren gefokt worden.
We kennen allemaal het woord plofkip. Het officiële woord voor dit dier is vleeskuiken of vleeskip. In feit is iedere niet-biologische kip een plofkip. Een plofkip is een kip die in korte tijd tot grote proporties wordt opgeblazen door het soort voer wat hij krijgt in combinatie met een tekort aan bewegingsruimte. Er is in 2012 en 2013 veel aandacht aan de plofkip besteed door een campagne van Stichting Wakker Dier. Dat heeft ertoe geleid dat supermarkten deze kippensoort niet meer voor stuntprijzen verkopen. De zogenaamde kiloknallers bestaan niet meer. Maar er worden nog steeds uitsluitend plofkippen verkocht, ook in Nederland. Je zou kunnen zeggen dat er nu meer wordt verdiend aan plofkippen door Stichting Wakker Dier aangezien ze niet meer in de aanbieding zijn. Met de beëindiging van de kiloknalleracties, leven veel mensen in de illusie dat plofkippen niet meer bestaan. Stichting Wakker Dier meldt soms dat er bedrijven gestopt zijn met de verkoop van plofkippen maar dat is onjuist: er wordt alleen niet meer gestunt met de prijzen.
Kippenvlees komt eigenlijk van een vleeskuiken. Het kuikentje wordt in zes weken vetgemest, maar zal nooit volwassen worden.
Na 39 dagen moet het worden afgemaakt omdat het genoeg vlees bevat en daarna te ziek wordt om verder te leven. Vleeskuikens zijn in feite kuikentjes met een ernstige vorm van obesitas. Vleeskuikens kunnen zowel mannetjeskuikens als vrouwtjeskuikens zijn.
Een vleeskuiken of plofkip produceert zoveel vlees dat zijn skelet geen tijd heeft om mee te groeien. Hij zakt derhalve door zijn poten omdat het beest zijn eigen gewicht niet kan torsen.
De onmogelijkheid om veel te bewegen leidt tot een nog snellere groei. De kip kan immers zijn energie niet kwijt. Kippen in de bio-industrie overlijden vaak door het Sudden Death-syndrome, wat gekenmerkt wordt door vele stuiptrekkingen die tot de dood leiden.
Deze aandoening komt buiten de bio-industrie niet voor. Een ziekte die nog meer voorkomt is ascites. Hieraan leiden op wereldschaal 5% van de bio-kippen. Ascites is een ziekte waarbij vochtophopingen ontstaan in lichaamsholtes. Driekwart van de kippen heeft moeite met lopen; ze lijden pijn wegens hun door mensen opgelegde overgewicht.
Ongeveer 4% van de kippen die in de bio-industrie leven gaan dood door een niet natuurlijke oorzaak. Vaak heeft dat met stress te maken. Er zijn geen leiders van bio-industriebedrijven die bezoekers toelaten in een bio-industrieel bedrijf. Boerderijen kunnen vaak wel worden bezocht. De reden dat leiders van een bio-industriebedrijf geen bezoekers willen, is dat er veel misstanden zijn. In een kippenbedrijf liggen overal dode kippen op de grond. Dat geeft een verkeerd idee bij de bezoekers, zo denken de bedrijfsleiders. Als een bio-industriekip een volledig leven leidt wordt het dier zes weken oud. Dat is in vergelijking zijn mogelijke leeftijd in de natuur van 20 jaar, een zeer kort leven.
Op een bepaalde manier is het goed dat de dieren anno 2014 maar 39 dagen leven. Rond 2000 hadden vleeskuikens overigens meer geluk; zij mochten destijds 42 dagen leven.
Wanneer de vleeskuikens langer zouden leven, hadden ze zich sterk bemoeid met de sociale rangorde. Dit had tot grote stress geleid, waarschijnlijk gepaard gaande met vechtpartijen aangezien de kippen soms met 50.000 in één schuur leven. Vlak voordat de kuikens zich om de sociale rangorde bekommeren, worden ze geslacht ten behoeve van menselijke consumptie.
Behalve de genoemde ziekten leiden de vleeskuikens aan diverse aandoeningen. Dat is niet verwonderlijk als je bedenkt dat ze misvormd zijn door hun proteïnerijke dieet, in een ruimte vol uitwerpselen wonen en er vele gedrogeerde en gestreste vleeskuikens om hen heen bevinden.
De vleeskuikens lijden tijdens hun korte leventje aan oogbeschadigingen, blindheid, bacteriële botinfecties, verschoven rugwervels, verlamming, inwendige bloedingen, bloedarmoede, verschoven pezen, verdraaide onderpoten, verdraaide nek, longziekten en een verzwakt immuunsysteem. Daarnaast zijn alle kippen besmet met de E. coli-bacteriën, omdat ze onder de poep zitten. Ook zijn veel kippen besmet met salmonella.
Salmonella en E.coli zijn pathogene bacteriën. Het innemen van deze bacteriën kan mensen ziek maken. Daarnaast zitten kippen vol met griepvirussen zoals het bekende vogelgriepvirus. Kippeneters hebben soms last van een ééndagsgriepje. Er is grote kans dat deze eendagsgriep wordt veroorzaakt door het eten van bio-industrievlees.
Wie kippenvlees eet, eet ook de virussen op die in het vlees schuilgaan. Soms komt het voor dat een kip meerdere virussen heeft opgelopen.
De virussen gaan met elkaar genen uitwisselen waardoor er een nieuwe, gevaarlijke griepvariant kan ontstaan. Dat is de grootste angst van epidemiologen. In de loop van de geschiedenis hebben al verscheidene vogelgriepvirussen toegeslagen. De grootste vogelgriepepidemie was de Spaanse griep uit 1918, waarbij miljoenen mensen de dood vonden.
Arbeiders moeten de kippen in kratten stoppen voordat ze geslacht worden. Hierbij gaat het er niet zachtzinnig aan toe, mede door het hoge werktempo wat men wordt opgelegd.
Poten die breken zijn de normaalste zaak van de wereld. Tijdens het vervoer van de kippen naar een slachthuis breken eveneens vele vleeskuikens hun poten.
In de EU is het verplicht dat de kippen bewusteloos of dood zijn als hun veren worden afgebrand. In de V.S. is dat niet verplicht. Ook als de slagaders worden doorgesneden moeten de kippen al bewusteloos zijn. Echter de procedure hiervoor is niet waterdicht waardoor er speciale mensen in dienst zijn om de kippen handmatig de kop af te snijden. Ze worden verder machinaal opengesneden waarbij de darminhoud vaak in holtes van het vleeskuikenlichaam terecht komt.
Er kan niet voldoende worden gecontroleerd of de kippen goed schoon zijn als ze in de winkel liggen. Er liggen dagelijks kippen in de supermarkt met poepvlekken, etterende wonden, tumoren en bacteriën die kunnen leiden tot hart-, long en huidaandoeningen bij mensen.
Als laatste procedé wordt een vleeskuiken ingespoten met water waarin smaakstoffen zijn gedaan. Kippenvlees van de bio-industrie op zich is namelijk niet erg lekker.
Soms komen consumenten in verweer tegen deze laatste procedure. Men wil immers niet de kiloprijs voor kippenvlees deels betalen voor water met een smaakje. Het aandeel water kan wel 10% van een stukje kippenvlees bevatten.
Kip uit de V.S. bevat arsenicum. Bedrijven geven de kippen expres arsenicum te eten, bij wijze van medicijn. Arsenicum is een kankerverwekkend gif. De Amerikaanse Voedsel- en Warenautoriteit, de FDA, heeft er 50 jaar over gedaan om deze misstand toe te geven.
Alle kippenvlees uit de supermarkt komt van plofkippen. Deze worden groot gebracht in schuren waar 30.000 tot 50.000 kippen bijeen verzameld zijn. Deze worden onder kunstlicht gevoerd. Er is niet één raampje in het gebouw. Als een bio-industrieel bedrijf, wat vroeger een boerderij werd genoemd, een deurtje heeft waar een paar vierkante meter voor de kippen is gereserveerd, mag hij het etiket ´vrije uitloop´ op het kippenvlees plakken en er meer geld aan verdienen.
Een kippenschuur kun je beter een concentratiekamp voor kippen noemen. De nazi-,methoden worden nu ook op dieren toegepast.
Er zijn weinig mensen die de bio-industrie goedkeuren. De bio-industrie verspreidt ziekten, levert minder smaakvol vlees en laat dieren in barre, kunstmatige omgeving zo snel mogelijk groeien. Dieren worden vast gehouden door mensen met als doel ze op te eten.
Het binnenhouden van dieren en ze zo snel mogelijk opkweken is commercieel zeer interessant aangezien het goedkoop kippenvlees oplevert. Het opsluiten van een kippen in een soort kippenconcentratiekamp is op zich een wrede handeling maar mensen proberen deze daad voor zichzelf goed te praten door op een bepaalde manier te redeneren. Voorstanders van de bio-industrie hanteren onder andere de volgende redeneringen:
Met al deze redeneringen willen mensen zich verlagen tot het dierenrijk, en dan nog het liefst een stukje daaronder. Wij mensen zijn ons bewust van het feit dat we ander leven kwaad aandoen, terwijl de meeste dieren nog altijd vegetariër zijn. Als je wilt leven als een leeuw, dan heb je daar het verkeerde gebit en spijsverteringskanaal voor.
Vele mensen denken dat dieren dom zijn. Dat is niet zo. Kippen zijn slimme dieren. Ze hebben cognitieve vermogens die te vergelijken zijn met die van zoogdieren en zelfs sommige primaten. Kippen kunnen elkaar dingen leren en kennis overdragen op de volgende generatie. Ze kunnen bijvoorbeeld een directe beloning afwijzen in ruil voor een grotere beloning die later komt.
Dat duidt op een goed gebruik van intelligentie, iets wat bij sommigen mensen nog wel eens lijkt te ontbreken. Andere vogels zijn ook intelligent. Mensen denken dat dieren vooral een instinct hebben maar volgens dit instinct is het niet te verklaren hoe vogels duizenden kilometers verderop naar een plek kunnen vliegen waar ze al eerder zijn geweest. Duiven kunnen navigeren aan de hand van wegen, afslagen en andere door de mens aangelegde objecten. Dat duidt een op een veel grotere intelligentie van vogels dan de meeste mensen vermoeden.
Door dieren uit de bio-industrie te kopen in de supermarkt, in restaurants en bij fastfoodketens, bepalen consumenten het gezicht van de bio-industrie van morgen. Wendell Berry schreef ooit dat de consument medeplichtig is aan de ontwikkeling van de bio-industrie. Jonathan Safran Foer, een Amerikaans filosoof, schrijver en vegetariër noemt het inkopen van vleeskuikens door consumenten boeren op afstand´. De consument bepaalt de handelingen van de boer. Als de consument goedkoop kippenvlees wil met ziektekiemen en chemische smaakmakers, zal hij dat krijgen ook.
Koopt de consument op grote schaal biologische kip, dan zal de bio-industrie zich aanpassen aan dit koopgedrag, verkleint de bio-industrie en worden de biologische boerderijen uitgebreid.
Als de mens besluit helemaal geen kip meer te eten, verdwijnt sector die de biologische kip en het vleeskuiken produceren.
Deze argumenten gaan evenwel voorbij aan het verslavende effect van kippenvlees. Men heeft het steeds meer en steeds vaker nodig, en de mensen die van zichzelf een kippenjunk hebben gemaakt
zullen grote moeite hebben hun verslaving op te geven. Daarom zou het beter zijn als de overheid de kippenindustrie reguleert.
In de V.S, is Kentucky Fried Chicken (KFC) vele malen in opspraak geweest. Dit bedrijf koopt jaarlijks ongeveer een miljard kippen van de bio-industrie.
De kippen die voor de producten van KFC werden gekweekt zijn vele malen mishandeld. Voorbeelden van mishandeling zijn: verf op de kop spuiten, kippen levend onthoofden, tabak in de ogen duwen, bruut slaan en over kippen urineren. KFC heeft vele dierenwelzijnsmedewerkers versleten.
De meeste mensen zegden na een aantal jaar hun baan op omdat er niks verbeterde bij KFC.