Hieronder vind je een groot aantal voedingssoorten die als medicijn werden gebruikt. De Egyptenaren gebruikten ook allerlei geneesplanten die niet eetbaar zijn, maar die zijn niet opgenomen in dit artikel.
Soms wordt iets aanbevolen om te eten. Meestal wordt dan ook bedoeld om het als eerste op de dag te eten. Ook in de natuurgeneeskunde zijn er artsen die daarop wijzen.
Wat we als eerste op de dag eten, op een volledig nuchtere maag, heeft de beste medicinale werking.
Vele kuren duurden bij de Egyptenaren 4 dagen. Waarom, dat is weten we niet. Het is zo dat men nog meer in samenspraak leefde met de stand van sterren, planeten en maan. Tijdens een kuur van vier dagen beslaat de kuur meer dan een hele maanfase, en over het algemeen dacht men dat elk van de 8 maanfasen een andere energie heeft.
Vandaar dat met behulp van planten het lichaam zich sneller kon instellen op deze nieuwe maanfase energie. Maar of dit daadwerkelijk door de oude Egyptenaren werd meegenomen in hun kuur van 4 dagen is niet helemaal zeker.
Een andere reden van de 4 dagen kuur is dat als een remedie na 4 dagen nog niet heeft geholpen, men opnieuw naar de arts toe moet, omdat het dan iets ernstiger is dan van te voren werd aangenomen.
In het artikel staan ook recepten uit de Koptische geneeskunde. Nadat de farao’s het land niet meer bestuurden, deden koptische christenen dat. Ze hadden hun eigen paus die in Alexandria zetelde.
De Koptische geneeskunde is daarom ook al ruim 2000 jaar oud. Het is logisch om te veronderstellen dat veel gebruiken van de oude Egyptenaren zijn overgenomen in de Koptische tijd.
Overigens is in onze tijd nog steeds een grote Koptische gemeenschap in Egypte, Er zijn ongeveer 27 miljoen koptische christenen in Egypte. Moskeeën en Koptische kerken staan door het hele land.
Sommige recepten moesten worden gebruikt met water. Men bedoelt dan in de meeste gevallen dauw. Wij moderne mensen weten vaak niet meer hoe dauw wordt opgevangen. Het werd in ieder geval niet druppel voor druppel van en grassprietje in een beker gestopt. Men spande grote doeken met linnen (van lijnzaad) laag boven de grond.
Als de ochtend was aangebroken, waren deze doeken nat van de dauw geworden. De doeken werden vervolgens boven een schaal uitgewrongen, waarna het water gewon in kruiken konden worden gedaan.
Zo verkreeg men puur drinkwater, wat eigenlijk nog gezonder is als ons drinkwater uit de kraan. Deze zelfde methode werd eveneens in Europa gebruikt en er zijn beschrijvingen daarvan uit de Middeleeuwen. Dus het idee dat men altijd rivierwater dronk, klopt niet helemaal.
In dit artikel staan toepassingen van medicinale voeding in het antieke Egypte. In onze tijd is medicinale voeding sinds begin jaren 90 van de 20e eeuw een wetenschappelijk item.
Dit artikel is niet bedoeld om medicinale adviezen te geven. In enkele gevallen worden delen van dieren gebruikt zoals een slangenhuid, hondenbot of ezelshoef. Dat wordt al helemaal afgeraden. Maar met voeding kun je wel allerlei kleine kwalen voorkomen en behandelen.
Peterselie kan bijvoorbeeld vochtafdrijvend werken, terwijl het weinig kwaad kan. Het is zelfs zeer gezond en werd vroeger als groente gegeten. Op deze manier kun je voeding zelf inzetten als medicijn, en middel om jezelf te voorzien van voedingsstoffen.
Een ui werd in het antieke Egypte gegeten als kruid en groente, maar het werd ook als medicijn gebruikt. Uiensap werd bij de oren aangebracht tegen oorziekten. Met wijn vermengd is uiensap als zalf aangebracht in en rond de vagina overvloedige menstruatie te stoppen.
Uien werden vermengd met vet en aangebracht op blauwe plekken, om deze tegen te gaan. Tijdens het mummificatieproces werden ook uien gebracht. Uien werden dan aangebracht bij oren, ogen en de thorax, ofwel de borstholte.
Uien werden verder als slangwerend middel gebruikt. Hiervoor werd uiensap en uienschillen over de grond gestrooid om een huis heen.
Prei werd gegeten als lekkere groente in het antieke Egypte, maar het werd ook als medicijn gebruikt. Vermengd met urine is preisap in de Koptische traditionele geneeskunde een middel bij nachtblindheid voor de man.
Overigens werd vaker urine gebruikt als medicijn tegen blindheid. Een onderzoek uit 2020 laat zien dat bijziendheid te maken kan hebben met te weinig kalium, en urine bevat relatief veel kalium. Wellicht wisten de oude Egyptenaren dit.
Aan de andere kant is stikstof in dit geval wellicht een werkzame stof, want in urine zit relatief veel liquide stikstof, en een onderzoek uit 2008 laat zien dat liquide stikstof enkele oogziekten kan genezen. Uiteraard kan ook een combinatie van kalium en stikstof goed werken voor de ogen.
Verder werd preisap ook vermengd met honing en op wratten gedaan. Overigens wordt dat in de Europese traditionele geneeskunde met knoflook gedaan, wat een familielid is van de prei. Deze beide alliumplanten werken aldus tegen wildgroei van vlees, ofwel wratten.
Knoflook werd gebruikt om slangen en schorpioenen te weren. De knoflooksap wordt dan om het huis verstrooid, zodat de geur deze dieren verdrijft. Knoflook werd met honing gebruikt om hondenbeten te behandelen.
Rauwe knoflook werd gebruikt als anti-astmamiddel. Verse knoflook en koriander werd met wijn vermengd als afrodisiacum. Het werd plat gestampt in zout en azijn om als mondspoelmiddel te gebruiken, wat werkt tegen cariës en ontstoken tandvlees. Dit mengsel werd ook gebruikt om wonden mee te ontsmetten.
Gemengd met ganzenvet werd knoflooksap als oordruppels gebruikt. Het werd vermengd met zachte kaas of bonenpuree als middel tegen schorheid.
In de Koptische traditionele geneeskunde wordt knoflook al ‘s morgens gegeten als eerste voeding van de dag, om de ingewanden schoon te maken en het hoofd leeg te maken. Als hoofdmaaltijd werd er een gerecht van veel knoflook gemaakt, gemengd met granaatappel, azijn, rozijnen, honing, kruiden en specerijen. Men mocht dan geen vlees of vis eten op die dag. Dit werd de knoflookkuur genoemd.
Knoflook werd in het antieke Egypte met radijsjes en uien gegeven aan de bouwers van piramiden. Dit staat zo beschreven, maar het feit wordt ook betwist omdat als salaris enigszins vreemd aan doet.
Dillezaad werd gemengd met wilde bryonie of wilde hop, koriander, ezelvet en twee onbekende planten tegen hoofdpijn. Dille was sowieso een gewild medicijn tegen pijnen. Tegen pijnen in het hele lichaam werd een mengsel gekookt van dille, dadels, en wijn. Dit mengsel werd 4 dagen gedronken tegen elke vorm van lichaamspijn.
Kervel werd gegeten in het oude Egypte maar er zijn geen medicinale toepassingen uit die tijd bekend.
In het oude Egypte werd zowel selderijblad gegeten als knolselderij. Tegenwoordig wordt het nog steeds gekweekt in de Nijldelta. Bleekselderij kende men nog niet.
Peterselie werd in de keuken gebruikt en als geneeskruid. Als geneeskruid werd het vooral gebruikt als middel om urinevorming op te wekken.
Ook in de huidige wetenschap staat peterselie bekend als diuretisch middel. De Egyptenaren vermengden peterselie met selderij. Deze planten zijn familie van elkaar en hebben ongeveer dezelfde werkingen.
De kappertjesplant werd gegeten in het oude Egypte. De bladeren werden op wonden gedaan om deze sneller te laten helen. De wortel van de kappertjesplant is gebruikt tegen allerlei huidaandoeningen en als middel om de menstruatie te stimuleren.
Carobeboom groeide volop in het antieke Egypte. De zaden van de boom werden gebruikt als proteïnerijk middel. Carobezaad, honing, elk en de wortels van tijgernootgras is gebruikt als middel om de darmen te legen. De pulp van de carobebonen werd als wormverdrijvend middel gebruikt samen met gekookte rode okra, gefermenteerd plantensap, witte olie en zoet bier.
Kikkererwten werden in het oude Egypte valkenogen genoemd. Ze werden veel gegeten en worden nu nog steeds in diverse gerechten gebruikt. Van kikkererwten is altijd gezegd dat ze de moedermelkproductie stimuleren.
Dat werd ook in het oude Egypte al gezegd, maar nu nog steeds. Hierbij kun je wel aantekenen dat ze ook andere kruiden kenden voor moedermelkproductie, zoals fenegriek. Het is daarom waarschijnlijk dat ervoor dit doel meerdere kruiden en voedsel werd gebruikt.
De cichoreiplant is later doorgekweekt tot zowel andijvie als witlof. Deze groenten hebben dan ook dezelfde Latijnse naam als cichorei.
Een sap van cichorei met azijn en rozenolie is een oud Egyptisch middel om hoofdpijn tegen te gaan. Cichorei werd vermengd met wijn om de lever en de blaas te behandelen. De bitterstoffen in cichorei kunnen inderdaad goed voor de lever en de blaas zijn.
Ook tegenwoordig wordt cichorei daar nog voor gebruikt, al is het af te raden daar wijn bij te gebruiken. Cichorei, lijnzaad, gedroogde gom en zout werd samen tot een mengsel gemengd en als medicijn gebruikt bij bloed spugen.
Kaneel werd gebruikt als keukenspecerij. De kaneelboom is tropisch en groeit derhalve alleen vanaf het midden van Egypte tot meer zuidwaarts. Kaneel werd gebruikt in wierookmixen. In tempels en op hiëroglyfen is te zien dat kaneel werd toegepast als medicijn en als middel voor de bevordering van de mummificatie.
De watermeloen is volgens de Egyptische mythen ontsproten aan het zaad van Seth, de jaloerse broer van Osiris. Seth heeft Osiris vermoord en probeerde zijn vrouw Isis voor hem te winnen. Isis is afgebeeld als koe en Seth veranderde zich hiervoor in een stier. Het lukte evenwel niet Isis te versieren en het zaad van Seth de stier kwam op de grond terecht, Daar waar het neer kwam, ontstond de meloenplant.
Watermeloen en de geroosterde meloenzaden zijn al millennialang een lekkernij in het Midden-Oosten en grote delen van Afrika. Daarnaast is deze vrucht een medicijn.
Volgens de Romeinse historicus Plinius was de Egyptische koriander de beste ter wereld.
De oude Egyptenaren kenden de komkommer, en wisten dat het familie was van de meloen. Men maakte een hartmedicijn van komkommer, vijgen, dadels, en dauw.
De bladeren van meloen en komkommer kunnen als groente worden gegeten. In vele Afrikaanse landen zie je deze bladeren op de markt, vaak in gedroogde vorm. Het is een goedkope groente, die soms achter de hand wordt gehouden. Zo hebben mensen ook in tijden van misoogsten voldoende te eten.
Komkommerblad wordt medicinaal gezien vooral gebruikt voor aandoeningen van de maag, blaas en anus.
Kopten gebruikten de komkommer om te koken in water. Hiermee werden gewonde, ontstoken benen gewassen, zodat ze sneller helen. Geroosterde komkommer werd gemengd met aloë vera en wijn. Deze zalf werd aangebracht op een gewonde of pijnlijke plek, waarna deze vanzelf heelt.
Plinius schreef dat de komijn in het oude Egypte van excellente kwaliteit is. Komijn is een heerlijk specerij, dat zowel in zoete taarten als hartige groentegerechten kan worden gebruikt.
Het heeft een lange reeks aan medicinale werkingen.
Vijgen kenden me zeer goed in Egypte. Er waren twee soorten, de Ficus carica en de Ficus sycamore. De vruchten werden destijds al gedroogd zodat ze als een snoepje werden gegeten.
Venkel werd in Egypte gegeten als groente en gebruikt als kruid. Als medicijn werd het vooral gebruikt bij oogproblemen, Sap van venkel werd in het oog gedaan. Venkelzaad is goed voor de spijsvertering.
Omdat in Griekenland en het Midden Oosten venkel werd gebruikt om slanker te worden, gaan we ervan uit dat dit ook in het oude Egypte bekend was, maar het is nergens opgeschreven. Dat geldt ook voor het gebruik van venkel tegen slangenbeten. Venkel was bij vele volkeren om Egypte heen bekend als antigif tegen slangenbeten.
Gerst werd door de Egyptenaren gebruikt om een biologisch brood van te bakken, een pap van te maken, maar ook om bier mee te brouwen. Volgens Max Heindel begonnen de Egyptenaren met het brouwen van bier omdat men in de tijd ervoor nog te veel hun vorige levens herinnerden.
Door de herinnering hieraan zwakker te maken kon de mens beter spiritueel ontwikkelen. Volgens Heindel was het namelijk zo dat als de mens duidelijk vorige levens herinnert, men geen prikkel heeft om spiritueel te ontwikkelen en het doel va het leven op te zoeken. Men heeft dan het idee dat men al eeuwig leeft op aarde en alleen soms van lichaam verandert.
Gerst was in biervorm ook een medicijn tegen enkele ziekten. Zo kan gerst ringworm tegengaan, een vorm van eczeem.
Tegen een gebroken bot werd koemelk gemengd met gerstemeel. Hiervan werd een stevige pasta gemaakt die men als bandage insmeerde om de plek waar het bot gebroken was.
Verder werd gerst gebruikt als middel om te kijken of de zwangere vrouw een jongen of meisje zou baren. Hiervoor werd een gerstzaad en een emmertarwezaad dagelijks bevochtigt met urine van de zwangere vrouw. Als beide opkwamen, dan zou de bevalling voorspoedig gaan.
Als alleen gerst zou ontkiemen, dan wordt het een jongen. Als alleen tarwe zou ontkiemen, wordt het een meisje. Als beide niet ontkiemen dan zal er geen sprake zijn van een bevalling.
Lijnzaad werd vooral gebruikt om linnen van te maken. Lijnzaadolie was in het oude Egypte in de eerste plaats lampolie. Maar soms werd er ook wel in gebakken. Het nadeel van lijnzaadolie is dat het snel ranzig wordt.
Lijnzaad werd tot brei gestampt om het vervolgens aan te brengen op wonden. Hierdoor helen wonden sneller en neemt de pijn af. Samen met okra, honing, vet en een ongeïdentificeerd deel van de sycamore vijgenboom werd lijnzaad als bandage om vingers aangebracht.
Het blad van lijnzaad en tijgernootgras werd in een recept gebruikt tegen aambeien en warme zwellingen in de buik.
In de Koptische geneeskunde werd lijnzaad samen met vijgen, honing en gom gegeten als pijnstiller. Daarop volgend werd dan aanbevolen om vijgensap te drinken.
De oude Egyptenaren kenden de appel. Door het hete klimaat groeien appels alleen in de Nijldelta, waar vaak een verkoelende wind waait van de Mediterraanse Zee. De meeste appels werden geïmporteerd.
Er zijn geen medicinale toepassingen bekend van de Egyptenaren, maar dat kan ook komen doordat men in onze tijd denkt dat de Egyptenaren de appel verwarden met de abrikoos. Men weet gewoon niet zeker of men een appel of abrikoos bedoelde.
Dit is een palmboom die alleen groeit in Soedan en Egypte. De vruchten ervan zijn veel gevonden in graftomben. De boom was ook al in de Egyptische tijd redelijk zeldzaam. Een farao noemt het als bijzonder feit dat het hem gelukt is in 1500 voor Christus om een palmboom van deze soort in zijn tuin te kweken.
In onze tijd wordt gesteld dat de boom door klimaatverandering het moeilijk heeft, maar dat beeld klopt niet met historische beschrijvingen over de zeldzaamheid in oude tijden van deze boom. Er zijn geen medicinale werkingen van bekend.
Honingklaver werd aan dieren gegeten om te eten, maar mensen kunnen het ook eten. Het Egyptische woord voor deze plant is gelijk aan het woord voor ‘sla’, wat suggereert dat het als sla werd gegeten.
In het oude Egypte is de plant niet als medicijn opgetekend, hoewel hij in onze tijd in de fytotherapie wel tot de medicinale planten wordt gerekend. In de Koptische geneeskunde wordt de plant als medicijn gebruikt bij ‘zieke testikels’. De man werd dan aanbevolen om het blad van citroengele honingklaver en rozenblad te vermengen en te drinken met wijn.
Pepermunt werd in graven gevonden. Hoewel het in onze tijd veel wordt gebruikt in Noord-Afrika is het culinaire gebruik van pepermunt niet goed beschreven in oude Egyptische teksten. Thans wordt het veel aan yoghurt toegevoegd. Ook wordt er thee van gezet. Verder is het gebruik in snoepjes zeer bekend.
Er bestaat slechts één medicinaal recept van pepermunt. Het wordt dan samen met slangenhuid gekookt als thee tegen een aanval, maar of dat een hartaanval of epileptische aanval s, wordt niet vermeld.
Moringa is een boom die in heel Afrika veel wordt gebruikt. De bladeren kun je eten als groente. Wat nog vaker wordt gebruikt is de olie geperst uit de zaden. Moringa-olie wordt van oudsher gebruikt om in te bakken maar het is ook een medicinaal werkzame olie.
Zwarte komijn hebben de Egyptenaren gekend, want het was onder andere aanwezig in de grafkamer van Tut-ankh-amon. Toch zijn er niet veel medische teksten uit Egypte over zwarte komijn bekend, omdat vertalers niet exact de hiëroglyfen weten voor zwarte komijn.
In omringende landen zoals Assyrië werd het gebruikt tegen problemen met de oren ogen, mond en maag.
In de Koptische geneeskunde werd het als middel tegen huidziekten ingezet. Men maakte een anti-jeukzalf van knoflook, zwarte komijn, natron, azijn, sparrenhars en radijszaadolie. Na drie dagen moest dit worden afgewassen.
Basilicum is niet vaak genoemd in oud Egyptische teksten maar het is wel aangetroffen in graftomben. Men maakte er een slinger van, die waarschijnlijk is bedoeld om insecten te verjagen. Basilicum schijnt oorspronkelijk uit India te komen, maar het groeit ook veelvuldig in het wild in landen beneden de Sahara.
In Noord Afrikaanse landen wordt basilicum gekweekt. Omdat het in omringende gebieden werd gebruikt om muggen te weren en verkoudheid tegen te gaan, is het aannemelijk dat dat ook een gebruik was in het oude Egypte.
Olijfolie was bekend in Egypte, maar de boom is er naartoe geïmporteerd en gekweekt. Men gebruikte olijfolie om olielampen te laten branden en als bakolie. Omdat het geen inheemse boom is, is de olijf en olijfolie niet genoemd in oud Egyptische recepten als medicijn.
De Kopten hebben wel veel olijfolie gebruikt, en maakte een zalf ervan met andere medicinale kruiden. Men noemde olijfolie ‘echte olie’.
Dadels werden veel in Egypte gebruikt. De dadelpalm groeit in het hete en droge klimaat goed. Vooral rond een oasis worden dadelpalmen aangelegd. Je ziet ze uiteraard ook veel in agrarische gebieden langs de Nijl.
Anijsplanten groeien van nature in Egypte. De plant wordt veel gebruikt in de Egyptische keuken. Anijszaad werd ook gebruikt om de tanden mee te poetsen. Op zich kan dat goed werken, want uit modern onderzoek blijkt dat het antiseptisch ofwel bacteriedodend werkt.
Zwarte peper werd gegeten in het oude Egypte, vooral in sauzen. Eerst was hier men wel verbaasd over want men dacht dat zwarte peper alleen in Zuid Oost Azië groeide. Er zijn echter geen medicinale recepten bekend met zwarte peper van de oude Egyptenaren. Zwarte peper is aangetroffen in onder andere het graf van Ramses II. Het kan goed zijn dat dit kruid is geïmporteerd via India.
De Koptische geneeskunde kent wel een medicinaal recept, maar dat is een vrij vreemd recept wat iedereen afgeraden moet worden. Iemand met pijn in de anus werd gemalen witte peper met honing, wolvenpoep gegeven. Dot moest de patiënt drinken en zou een zekere genezing opleveren.
Erwtjes werden gekend en gewaardeerd door de Egyptenaren uit de antieke tijd zowel in de vorm van een culinair item, als een medicinaal middel.
Als medicijn werd het vaak gebruikt als bandage middel. De puree blijft relatief goed zitten op het lichaam.
Tegen tumors en andere bulten op de huid werd het volgende erop aangebracht: Een mengsel van erwtjes, honing en zout.
Maagpijn werd bestreden door erwtjes te mengen met bier en dit op te drinken.
Wanneer men bezeten was door een demon werden erwtjes, bier en koriander gemixt. Dat moest men voor het slapengaan opdrinken.
Postelein werd in het oude Egypte vooral als kruid door yoghurt heen gedaan. Dat deed men ook met andere kruiden zoals munt, basilicum en koriander. Op deze manier kan je een lichtgroene, heerlijk kruidige yoghurt maken.
De oude Egyptenaren hebben geen teksten overgeleverd waarin postelein wordt gebruikt als medicijn, maar de Kopten wel.
Amandelbomen groeiden slechts sporadisch in Egypte. Amandelen werden vooral geïmporteerd via Griekenland. Amandelen werden gegeten en zijn gevonden in graftombes. Een van de weinige medicinale gebruiken die gemeld zijn is het gebruik van amandelolie als massageolie. Deze massageolie helpt het lichaam om te transpireren. Er zit te veel blauwzuur in amandelolie om het te consumeren.
De granaatappelboom is geïntroduceerd in het oude Egypte, want hij groeide er niet van oorsprong.
Radijszaadolie werd door de Egyptenaren gebruikt om in te bakken. De radijsjes zelf werden ook gegeten en sommige auteurs uit de Oudheid vonden de Egyptische radijsjes opvallend zoet.
Delen van de radijs werden ook gebruikt om lichamen te mummificeren.
Hoewel rozemarijn volop groeit in het gebied rond de Middellandse Zee is het kruid niet genoemd door de oude Egyptenaren, en dat is gek want het is een zeer sterk geneeskruid. Het is waarschijnlijk zo dat dit een van de ongeïdentificeerde planten was in de teksten van de Egyptenaren. Niet alle namen van planten zijn bekend bij onderzoekers.
Wel is zeker dat de oude Egyptenaren rozemarijn kenden. Het zat namelijk tussen de linnen van enkele mummies. Nu is het zo dat in onze tijd rozemarijn een verjongingskruid is, dus dat maakt het logisch om het aan mensen mee te geven die wilde overstappen naar het eeuwige leven.
Ruit is een zeer gezond kruid dat we in Europa een beetje zijn vergeten. De Romeinen gebruikten het om wijn een betere smaak te geven, vandaar de naam wijnruit. In Egypte werd ruit door massageolie gedaan. Ruit smaakt een beetje bitter, en de bittere stoffen zijn goed voor de huid. In onze tijd wordt nog steeds bittere olie toegevoegd aan massageolie, zoals druivenpittenolie.
In de Koptische geneeskunde mengde men wilgentakken met ruit in wijn, waarna de wijn moest worden gedronken door een persoon die of last had van zijn testikels, of last had van wormen. Hij zou snel genezen.
Ruit werd door de oude Kopten in een olie gebruikt om huidziekten te genezen. De Kopten gebruikten ruit om aan te brengen op een tand die moest worden getrokken.
Zowel in de Koptische taal als in de taal van de oude Egyptenaren werd sesam simsim genoemd. Ons woord sesam stamt uit het Oud Egyptisch. Toch zijn er geen teksten van de Egyptenaren gevonden waarin wordt gerept over het gebruik van sesam op medicinale wijze. Het is wel duidelijk dat het een belangrijk gewas was, want het is gevonden in graftombes.
Wel is beschreven dat Egyptenaren sesam en sesamolie aten. Sesamolie werd eveneens gebruikt als lampolie.
In de Koptische geneeskunde werd een drinkbaar medicijn gemaakt van de bladeren van de sesamplant. Dit werd gekookt met water en aan vrouwen gegeven om eer moedermelk te produceren.
Net als veel landen in het Midden Oosten kende men in het Noord Afrikaanse Egypte de mosterdplant. Verscheidene delen van het Midden-Oosten, zoals wat nu Libanon, Syrië, Israël en Palestina is, zijn overigens ooit veroverd geweest door Egyptische farao’s en hun legers. Vandaar dat ze ook alle planten die daar groeien kenden.
Een mengsel van tarwemeel, azijn en mosterdzaad werd gebruikt om pijnlijke slapen mee te behandelen.
Een mengsel van komijn, peper, ruit, mosterd, natron en honing werd gegeven aan een patiënt die last had van flatulentie.
Net als in het geval van rozemarijn is de Egyptische naam van tijm niet bekend. De kans is aanwezig dat de plant wel beschreven is maar dat het een van de ongeïdentificeerde planten is. Er zijn daarom geen recepten van bekend, terwijl het een zeer goede medicinale plant is en het is aangetroffen in het oude Egypte in graven, zoals in het graf van Tut-Ankh-Amon.
De Romeinen gebruikten tijm vooral voor hoofdpijn. De Romeinen zijn een tijd lang de overheersers geweest in Egypte. De Assyriërs, een volk in het Midden Oosten wat grensde aan Egypte, hebben tijm gebruikt bij longziekten, en maagproblemen. Dat zijn toepassingen die ook in de moderne fytotherapie plaatsvinden.
Fenegriek is een bekend kruid in het oude Egypte. Het werd medicinaal gebruikt om de geboorte van een kind te vergemakkelijken.
Fenegriek werd onder andere inwendig in de vagina gebruikt in een mengsel van wierookhars, uien, bier en vliegenpoep. Vooral dat laatste ingrediënt maakt het een beetje al te raar voor hedendaags gebruik, maar de Griek Dioscorides heeft ook een recept opgetekend van alleen water en fenegriek, dus een soort afgekoelde fenegriekthee, om de vagina mee te behandelen.
Fenegriek werd verder gebruikt door mensen die wilden aankomen in gewicht. Tegenwoordig wordt het nog steeds gebruikt door mensen die willen aankomen in spiermassa, want er zitten bio-identieke hormonen in..
Emmer is een oude soort tarwe die de Egyptenaren goed kenden. Er werd brood en bier van gemaakt. Emmer was in heel het Midden Oosten een stapelgewas.
Zwarte emmer werd samen gekookt met water en gebruikt als middel om het hart te versterken. Een hoestmiddel werd gemaakt van gedroogde granen en bier wat vervolgens werd gekookt tot een platte biscuit.
Dit werd vier dagen gegeten om de hoest te verdrijven. Graan en bier werden met dauw als kompres op de ogen gedaan tegen opgezette ogen. Gezwollen benen werden behandeld met graankorrels, wijn en honing.
Bonen werden in Egypte veel gegeten. Een bekend Arabisch spreekwoord is ‘Bonen hebben zelfs de farao’s voldoening gegeven’. Toch gaat er ook het verhaal dat Egyptische priesters niet tegen bonen aan mochten kijken omdat ze onrein zouden zijn.
Misschien is het interessant om daaraan een verhaal over Pythagoras te verbinden. Pythagoras was vegetariër en spiritueel maar had een hekel aan bonen. Hij werd vervolgd in Italië en moest vluchten. De enige weg was door een veldje met bonenplanten.
Het verhaal eindigt met dat hij zich liever liet oppakken dan door een veld met bonenplanten te rennen. Er was dus iets aan de hand met bonen in de antieke tijd. Waarschijnlijk gaat dit verhaal niet over et feit dat bonen soms flatulentie kunnen veroorzaken. Bonen kunnen ons lichaam en geest meer aardegericht maken.
De Vigna sinensis is een bonensoort die werd gebruikt om constipatie tegen te gaan. Er zijn ook enkele recepten bekend waarin bonen als klysma of lavement werden gebruikt. Bonen werden met water vermengd en gezeefd door een linnen doek. Dit werd als lavement ingebracht waarna men vrijwel direct een goede stoelgang kreeg.
Een medicijn voor een zieke tong werd gemaakt van bonen, hematiet(een mineraal), calciet (een mineraal), honing, okra en acaciabladeren. Er werd ook een onbekende plant aan toegevoegd.
Als middel om urine te verliezen werden gekookte bonen vermengd met olie of dierlijk vet.
In de Koptische geneeskunde werden bonen vaak als bandages gebruikt.
Druiven en druivenblad werden veel gegeten in het antieke Egypte. Rijst werd in druivenbladeren gewikkeld, wat we nu kennen als dolma’s. Uiteraard werd er ook wijn gemaakt van druiven. De Egyptenaren waren zover bekend het eerste volk wat bier en wijn produceerde. Bij gerst is al opgemerkt wat hiervan de mogelijke oorzaak was volgens Max Heindel.