Botanische Latijnse naam: Aframomum melegueta
Paradijspeper is een heerlijk kruid dat vroeger naast zwarte en witte peper volop verkrijgbaar was in Europa. Thans is het een zeldzaam exportproduct uit West-Afrika.
Deze soort is nauw verwant aan de kardemom. Het is net als kardemom lid van de gemberfamilie; de Zingiberaceae. In heel Ghana wordt paradijspeper op de markten verkocht. Soms wordt het verkocht als losse peperkorrels in kleine zakjes, maar het wordt ook verkocht als een soort vrucht, zoals het aan de boom hangt.
Je moet dan zelf de zaadjes eruit halen. In Ghana wordt het tussen de etenswaren verkocht, maar toch zullen vele verkopers melden dat het eigenlijk een medicijn is. Je kunt eten kruiden met dit medicijn, eigenlijk net zoals gewone zwarte peperkorrels een medicijn zijn.
In Ghana heet het Fomwisa of Fom wisa. In het Engels heet de peper grains of paradise, melegueta pepper, Alligator pepper, Guinea grains, of ossame. Het groeit vooral in West Afrika, dat ook wel de Peperkust wordt genoemd.
In Suriname heeft de plant de volgende namen: nenge konde pepe, melegueta peper, paradijspeper en awisa.
In het Nederlands heet het paradijspeper, want dat is de naam uit Suriname, onderdeel van het Nederlands taalgebied. In het Duits wordt het Paradieskörner, Guineapfeffer of Meleguetapfeffe genoemd.
In het Nederlands kunnen we dit vertalen als paradijspeper, guineapeper en meleguetapeper.
De namen guineapeper en meleguetapeper zijn beter te vermijden, want in Afrika worden ook andere pepersoorten zo genoemd en dat leidt tot verwarring.
Er zijn in Afrika diverse afromomumoorten, maar de Paradijspeper komt het meest voor en is het meest gecultiveerd.
Planten die tot dezelfde soort behoren beschikken vaak over dezelfde plantenstoffen, en daarom vertonen ze vergelijkbare medicinale toepassingen.
In het Kameroense onderzoek werden 23 soorten aframomum onder de loep genomen.
In de traditionele volksgeneeskunde van Afrika worden de bladeren van de boom tot een afkooksel gemaakt wat helpt bij snellere genezing van botbreuken.
De zaden worden gebruikt tegen
In Gabon worden de zaden gebruikt tegen migraine. Verder worden de zaden gebruikt tegen seksuele lustproblemen, hooikoorts, en het verbetert de algehele conditie van het lichaam.
Daarnaast zit het in vele dranken van medicinale aard, niet alleen om de smaak maar ook omdat het de werkingen van andere medicinale planten kan versterken. Het wordt als catalysator van andere kruiden.
Een catalyst of catalysator zorgt ervoor dat fytochemische werkingen van andere kruiden actiever worden, zonder dat de stof zelf wordt veranderd door de chemische processen in het lichaam.
Wat dit betreft hebben paradijspeperkorrels dezelfde werking als de zwarte peperkorrels die we kennen, want die worden ook als catalyst gebruikt in medicinale kruidenmixen.
Uit Kameroens onderzoek blijkt dat paradijspeper antimalaria-activiteit heeft. Soms wordt dit anti-malariamiddel gecombineerd met een thee of afkooksel van papajablad, wat ook wetenschappelijk bewezen anti-malariawerking heeft. Papaja wordt verderop behandeld.
Een Nigeriaans onderzoek uit 2013 laat zien dat paradijspeper over prostaatverkleinende eigenschappen beschikt. Een vergrote prostaat is lastig voor mannen omdat het urineren bemoeilijkt wordt en ze vaker kleine beetjes urineren, vergrote aandrang hebben en vaker naar het toilet moeten.
Een vergrote prostaat is vaak een ouderdomsprobleem, maar kan ook bij jonge mensen ontstaan, bijvoorbeeld door druggebruik of ten gevolge van te grote sexuele activiteit.
Een vergrote prostaat op zich kan goedaardig zijn, maar het kan, vooral op latere leeftijd, een opstapje zijn naar prostaatkanker.
Daarom is het altijd goed om de prostaat te verkleinen met kruiden. Overigens is het beste bekende kruid tegen vergrote prostaat zegepalm.
Paradijspeper is een beschermend middel voor het hart en bloedvaten.
Het kan een verhoogd bloedvettenniveau en verhoogd cholesterol aanpakken. Het risico op ziekten als aderverkalking, hartinfarct, beroerten, hartfalen, blokkades in de kransslagader en hartaanval zouden kunnen worden verminderd door deze geneesplant.
Blokkades in de kransslagader is een iets meer ernstige vorm van aderverkalking, wat je ook kan verduidelijken met een woord wat artsen zelden gebruiken, namelijk kransslagaderverkalking.
De plant zou cholesterolniveaus kunnen verlagen. Er is een voorbehoud in het onderzoek: men ziet dat sommige bloedparameters niet optimaal zijn en concludeert dat er een mogelijk risico is op bloedarmoede door stoffen in deze plant. Er is te weinig onderzoek naar de plant gedaan om te beoordelen wat het precies voor het bloed doet.
Wat betreft de eventuele giftigheid van een plant, kan er gewezen worden op een algemeen probleem voor de toepassing van geneesplanten uit Afrika. Er is namelijk voor diverse geneesplanten nog te weinig onderzoek gedaan naar de toxiciteit, om het aanraden van een product voor breed algemeen publiek aanvaardbaar te maken.
Van paradijspeper is aangetoond dat het in kleine hoeveelheden beschermend en ondersteunend werkt voor de lever, maar in grote hoeveelheden, of dagelijkse hoeveelheden over een periode van 21 dagen, schade toebrengt aan de lever.
Eigenlijk willen we dat precies weten, zoals hoeveel korrels of gram maximaal per dag niet schadelijk maar heilzaam is.
Om deze reden is het verstandig om paradijspeper in ieder geval niet dagelijks te gebruiken, dan is het een veilige plant. Eigenlijk geldt voor vele geneeskrachtige kruidensoorten dat je ze niet langer dan 3 weken moet gebruiken.
Een fytotherapeut zal voor het overgrote deel van plantmedicijnen een kuur voorschrijven van 4 weken. Als het moeilijk geneesbare ziekten betreft, kan dit worden verlengd naar 6 tot 8 weken.
Er zijn enkele zeer moeilijk te genezen ziekten, zoals de ziekte van Lyme, waarvan behandelingen 6 maanden kunnen duren.
In de wetenschappelijke wereld worden er onderzoeken gedaan die het medisch potentieel van een bepaalde plant in kaart brengen.
Deze onderzoeken zijn gebaseerd op tientallen tot honderden andere onderzoeken, die allemaal kleine deeltjes van de kennis over een plant in kaart brengen.
Onderstaande opsomming komt uit een dergelijk onderzoek.
Men had de anti-malariawerking en hartbeschermende werking niet genoteerd, want deze werkingen zijn weliswaar bestudeerd, maar nog niet al te ruim onderzocht.
Van paradijspeper zijn volgens Nigeriaans onderzoek uit 2017 de volgende werkingen bekend.
De ontstekingsremmende werking van paradijspeper komt omdat er gingerolen in zitten. Gingerolen komen vooral voor in gember. De paradijspeper komt immers uit de familie van gember, waartoe ook kurkuma wordt gerekend.
De geneeskracht van gember en kurkuma zijn uitgebreid in kaart gebracht door wetenschappers maar die van paradijspeper niet.
Wel is al bekend dat de paradijspeper allerlei enzymprocessen stimuleert, waardoor ontstekingen beter geremd worden.
Paradijspeper is een van oorsprong Afrikaanse plant. In de 14e eeuw werden de zaden volop verhandeld in Europa.
Tijdens het ontdekken van nieuwe werelddelen hebben mensen de zaadjes meegenomen naar het Caraïbisch gebied en Zuid-Amerika. Zo is het in Suriname terecht gekomen.
Waarschijnlijk is het meegenomen door Afrikanen zelf op weg naar de plantages in de destijds nieuwe wereld.
Het kan ook zijn dat de mensen die de slaven vervoerden tegelijkertijd voor hen nieuwe plantproducten meenamen.
In Suriname wordt het nenge konde pepe genoemd, of gewoon melegueta peper en paradijspeper. Het zaad wordt thans steeds minder gebruikt in de keuken, maar heeft nog wel ritueel-magische toepassingen.
In Ghana kent niet iedereen deze pepersoort, terwijl de boom hier oorspronkelijk groeit. In Suriname en het Caraïbisch gebied wordt het zaad nauwelijks meer gebruikt om spijzen te kruiden. Paradijspeper is anno 2020 geen belangrijk handelskruid meer.
De Marrons, de van oorsprong Afrikaanse mensen in Suriname die nog steeds volgens Afrikaanse tradities in het Surinaamse oerwoud leven, verbouwen paradijspeper nog steeds op kostgrondjes.
De Marrons leven nog steeds in het oerwoud omdat ze afstammen van gevluchte slaven. Men ging in de begintijd van hun Zuid-Amerikaans verleden vaak naar plantages om andere slaven te bevrijden.
Op een gegeven moment wilden de andere slaven niet meer bevrijd worden, omdat ze een goed slavencontract hadden met eigen slaven.
Veel voormalig slaven werden weer een vrij man en begonnen zelf plantages, onderhielden landerijen en kregen een hoog inkomen. Daardoor hebben de Marrons zich afgescheiden opgesteld van andere Afrikaanse volken in Suriname.
Een afkooksel van de zaden wordt bij de Marrons medicinaal gebruikt bij verkoudheid, hoest, buikpijn, darmkrampen, tuberculose, suikerziekte, gonorroe, menstruatieproblemen, stuiptrekkingen en verlammingen. Dit staat beschreven in het boek van Tinde van Andel en Sofie Ruysschaert “Medicinale en rituele planten van Suriname”.
Opvallend is dat in de Surinaamse taal Arawak de plant awisa heet, terwijl het in Ghana Fom wisa heet. Waarschijnlijk is de naam in de Arawak taal overgenomen uit talen die in West-Afrika gesproken worden.
Ook nenge konde pepe is een naam van paradijspeper die zowel in Suriname als West-Afrika wordt gebruikt. Zo kunnen we in de taal een deel van de slavernijgeschiedenis terugzien.
Laatste update
5-12-2023
Kies hieronder waarover je vandaag wilt lezen
Rudolf Steiner: "Wetenschap wordt spiritueler en spiritualiteit wetenschappelijker."
Voeding en spiritualiteit zijn vormen van licht
De inhoud die hier wordt weergegeven kan niet worden weergegeven vanwege de huidige cookie-instellingen.
Deze website kan inhoud of functies aanbieden die door derden op eigen verantwoordelijkheid wordt geleverd. Deze derden kunnen hun eigen cookies plaatsen, bijvoorbeeld om de activiteit van de gebruiker te volgen of om hun aanbiedingen te personaliseren en te optimaliseren.
Deze website maakt gebruik van cookies om bezoekers een optimale gebruikerservaring te bieden. Bepaalde inhoud van derden wordt alleen weergegeven als "Inhoud van derden" is ingeschakeld.